POV Oranje is open op dinsdag en donderdag, van 8.15 tot 12.15 uur. Opvang is enkel mogelijk op beide dagen.

Spelen in het groen
Doordat deze locatie kleinschalig is, kunnen we nóg meer aandacht schenken aan ieder kind. De omgeving is landelijk en prachtig groen. Dat nodigt uit tot proberen, ontdekken en al spelend leren. Op het schoolplein kan je peuter zijn of haar energie goed kwijt, en er worden de heerlijkste zandtaartjes gebakken. Voor nog meer speelplezier is er een speellokaal, en we gaan er ook soms op uit om te genieten van het moois om ons heen. 

 

Uitdagende activiteiten
Bij de peuteropvang doen we samen allerlei uitdagende activiteiten, altijd rondom een bepaald thema. Dit is voor de kinderen herkenbaar en interessant, en ze leren er op een leuke manier enorm veel van. Het thema kan bijvoorbeeld zijn: zomer. Dan bekijken we boekjes over de zomer, praten we over de vakantie, zingen we vrolijke liedjes en knutselen we fraaie zomertaferelen. Hierna komt er weer een ander thema, en doen we weer andere gezellige dingen. Telkens weer spelen we in op de nieuwsgierigheid en interesses van jouw kind. Zo dagen we jouw kind uit in zijn of haar ontwikkeling.

 

Bij IRIS werken we aan het transformeren van onze basisscholen tot integrale kindcentra (IKC’s) of – zoals wij ze zelf noemen – ‘IRIS Kindcentra’. In de toekomst wordt de naam van de Oranjeschool dan ook: ‘IKC Oranje’. Hiermee creëren we een doorgaande lijn in de ontwikkeling van kinderen, het liefst van nul tot dertien jaar. In een IRIS Kindcentrum is er samenwerking tussen opvang, onderwijs en andere partijen die een rol spelen in de ontwikkeling van het kind.

 

'Het onder één dak aanbieden van onderwijs en opvang biedt voordelen voor die ontwikkeling', zegt Teun Jelle de Vries, directeur van de Oranjeschool. 'De kinderen die hier komen, kennen de omgeving en elkaar, ze kennen de pedagogisch medewerkers van de peuteropvang en de bso, en ze kennen de leerkrachten. De veelal vaste gezichten maken de omgeving voor de kinderen veilig en vertrouwd. En al die professionals kennen de kinderen uiteraard én werken samen, in het belang van het kind.’